De afgelopen jaren was het gebruikelijk dat in de openingsritten van de Tour er steevast in een rit met vlakke aankomst of in een tijdrit werd gestreden om het eerste geel van de Tour. Dit jaar gooit de organisatie het over een andere boeg met vier etappes op schiereiland Bretagne die grotendeels de explosieve lichtgewichten en klassieke coureurs zullen bekoren.
De etappes in Bretagne:
Etappe 1: Brest – Landerneau
Zoals gezegd: waar we in het recente verleden de eerste gele trui al meerdere keren naar pure sprinters als Kristoff, Gaviria, Kittel en Cavendish hebben zien gaan, gaat het lastig worden voor dit type renner om ook dit jaar daar een gooi naar te doen.
Vandaag op het menu namelijk een heuvelig parcours met finish op Côte de la Fosse aux Loups. Een helling van 3 kilometer met een stijgingspercentage van gemiddeld 5,7%. Toegegeven, het is qua steiltegraad geen Muur van Hoei, maar op dit terrein zijn de klassieke coureurs en puncheurs wel aan zet.
Etappe 2: Perros-Guirec – Mûr-de-Bretagne
Ook in de tweede etappe zijn de rassprinters nog niet aan de beurt. Deze etappe vertrekken de renners vanuit het kustplaatsje Perros-Guirec richting Mûr-de-Bretagne wat in de recente geschiedenis een vaak terugkerende helling in de Tour is geweest. Ook in 2011, 2015 en 2018 werd namelijk op Mûr-de-Bretagne gefinisht.
Doordat de Mûr twee keer moet worden bedwongen in de finale, is vooral de editie van 2018 te vergelijken met de rit van deze jaargang. 2x Mûr-de-Bretagne is geen garantie op vroeg spektakel overigens, zo bleek destijds. In de rit die Dan Martin won, bleef het peloton rustig op de 1e beklimming en was de finale vergelijkbaar met wat we meestal ook zien in de Waalse Pijl.
Etappe 3: Lorient – Pontivy
Maandag is dan eindelijk de eerste kans voor de sprinters. Het profiel ziet er op het eerste oog nog licht heuvelachtig uit, maar in principe kunnen alle sprinters dit gewoon aan. Toch is het nog even afwachten of een massasprint écht onvermijdelijk is, want volgens de verwachtingen kan er maandag wel eens een strak zijwindje staan aan de Franse Westkust. En dat biedt mogelijkheid voor bijvoorbeeld Deceuninck- Quickstep, die dit jaar een keertje niet de snelste man in koers leveren (al laten we ons graag verrassen door Cavendish).
Etappe 4: Redon – Fougères
De kans dat de wind een grote rol gaat spelen in de vierde rit lijkt is wat minder groot, maar toch zullen het niet alleen de pure sprinters zijn die we hier in de top-10 gaan terugvinden. Hoewel het parcours zo op het oog biljartlaken-vlak oogt, lopen de laatste 100-200 meters toch echt wat omhoog, een risico om te vroeg aan te gaan dus en wat dat betreft werkt deze aankomst licht in het voordeel van Van der Poel en Van Aert. Al hadden zij wellicht de rit liever ook wel wat langer willen zien.
Welke renners kunnen we uitkijken?
Dit openingsblok in Bretagne zullen de spotlights staan op de klassieke renners. Niet alleen het parcours nodigt daartoe uit, ook de weersomstandigheden (er wordt regen en windkracht 3 tot 4 verwacht) lijken in het voordeel uit te pakken van renners die we ook in de Belgische voorjaarskoersen vooraan zien rijden. De mannen van dat andere openingsweekend zeg maar.
Usual Suspects
Van Aert, Alaphilippe, Démare, Van der Poel, Roglic, Sagan
Let ook op
Van Avermaet, Ballerini, Barguil, Colbrelli, Garcia Cortina, Gaudu , Laporte